Ik geef toe: zou ik op de stoep Jason Williamson en Andrew Fearn van Sleaford Mods tegenkomen dan zou ik heel toevallig opeens aan de overkant van de straat moeten zijn. En als dat niet meer kon dan zou ik in elk geval m’n allervriendelijkste gezicht opzetten. Waarschijnlijk beantwoord met een grimmige sneer van Williamson: “Whatcha-looking at wanker!”

Wanker is een van de favoriete woorden van Williamson, veruit de meest opgefokte van het duo. Andere woorden die de rapper graag in de microfoon spuugt: shit, fucking waste, basterd danwel cunt. Hij paart de vuilbekkerij aan maatschappijkritische teksten over de deplorabele staat van Engeland. Begeleid door de kale beats en/of basloopjes van Fearn, die soms bijna amateuristisch klinken, fileert Williamson zijn land. And it doesn’t look pretty.

De bonkige punkrapper met het massieve voorhoofd is zo scherp als een nieuw scheermes van Wilkinson Sword.

Niet dat hij of z’n dj zelf zo’n scheerdiscipline hebben, overigens. Laat een compositietekening maken van twee willekeurige hooligans en ze lijken hoogstwaarschijnlijk op Sleaford Mods, twee working class lads uit Nottingham. De armste stad van Engeland, waarover Jake Bugg zong: the only thing pretty is you can get out.

Williamson verruilde de stad ooit ook voor Londen, maar keerde toch weer terug. “Waarom? Omdat het goedkoper is,” zei hij tegen Atze de Vrieze van 3voor12. “Maar is Nottingham dan geen shithole, zoals Bugg zegt?” De rapper ontkende het niet. “It’s a shithole. Anywhere is a shithole. But it’s home, ya know.”

Hij leek gedoemd tot een bestaan in de marge, in de stad waar het gemiddeld jaarinkomen bijna 5000 pond onder het landelijk gemiddelde ligt. Williamson leidde een bestaan van jarenlang aanmodderen in de gitaarmuziek en slecht betaalde bijbanen.

Tot hij op een dronken nacht in 2010 in een pub de beats van dj Andrew Fearn hoorde. Ze maakten een afspraak et voila: dit was het! Hij borg z’n gitaar op en ging door als punk-rapper. Nooit meer dat fucking gesjouw met instrumenten en versterkers. Prima besluit.

Niet dat Sleaford Mods meteen succes had met Wank, hun eerste plaat die ze uitbrachten op cd-r. Maar in het verdeelde en verdorven Engeland raakten ze duidelijk een gevoelige snaar, zegmaar gerust een open zenuw. “Veel mensen willen de waarheid niet horen,” zegt Williamson, die soms agressieve reacties krijgt.

Maar steeds meer mensen willen juist wel de keihard waarheid van Sleaford Mods horen. Na opvolger Austerity Dogs (2013) en vooral Divide and Exit (2014) was het hek van de dam en maken de twee -ook tot hun eigen verbazing- tegenwoordig furore in binnen- en buitenland. “Jullie zijn nu toch de working class heroes,” zei De Vrieze in bovengenoemd interview, “zoals de Gallagher-broers van Oasis dat waren in de ‘90’s.” Williamson, schamper: “Ja, dat waren ze voor zes maanden. Het waren stiekem altijd al Tories…Noel is deffo.”

Zo groot als Oasis zal Sleaford Mods nooit worden, willen ze ook niet, maar inmiddels hebben deze lads toch al op grote podia van festivals als Glastonbury en Lowlands gestaan. Vraag niet hoe het kan dat ze in Vera spelen, maar profiteer ervan.

Verwacht geen grootse show met toeters en bellen. Een optreden van Sleaford Mods is de ultieme anti-show. No nonsense to the max, op een nagenoeg leeg podium. Vooral de rol van Fearn is hilarisch. Hij komt het podium op met een sixpack bier, gaat achter z’n laptop staan, drukt op play, neemt een slok en doet de handen in de zakken van zijn glimmende trainingsbroek. Terwijl hij goedkeurend en hoofdknikkend toekijkt hoe zijn partner zich de rokerslongen uit zijn lijf rapt. De arbeidsverhouding is zo schrijnend dat het wel eerlijk zou zijn als de rapper een groter deel van de gage krijgt.

Komt bij dat Williamson die enorme lappen tekst ook maar in zijn hoofd moet zien te stampen, in de hersenpan die door jarenlang alcoholmisbruik behoorlijk is aangetast. Hij drinkt niet meer. “Maar het kost me twee weken voordat ik de lyrics van één song uit mijn hoofd ken,” zegt Williamson die zichzelf tijdens optredens ook vaak op zijn achterhoofd slaat, alsof de woorden er met geweld moeten worden uitgeramd.

Maar een beetje geweld is geoorloofd bij Sleaford Mods.

Igor

Support: G.O.D.
Je band G.O.D. noemen en het spul uitbrengen op Satan Records, het kan tegenwoordig ook allemaal. En dat is niet de enige gekke combinatie, want G.O.D. zelf bestaat uit twee leden die je op het eerste gezicht misschien niet bij elkaar zou zetten. Aan de ene kant Yannick Verhoeven, producer van de Eurabische partygekte die Caïro Liberation Front heet, en aan de andere kant Jasper Grave, frontman van de garagepunk-band Lookapony. Maar het rauwe en het elektronische levert gelukkig een heerlijk portie elektronische punk op met experimentele, rauwe beats en overduidelijke rap- en hiphop-invloeden. Stonden met Euromoney al in de Gym en dat was zo goed dat we na de release van hun debuutplaat Non est Deus ze hebben uitgenodigd voor een bijzonder avondje rocken.
Tekst: VERA Downstage 2017