Hoog tijd om de roestige spade weer uit de schuur te halen en de Reutels weer op te delven. Veel te lang was het geleden en door het ter ziele gaan van de Vera krant en onduidelijkheden is het stil geweest. Zo stil, maar nimmer meer! ‘Shout it shout it shout it out loud’, zong Kiss niet voor niets en dat werd later nog maar eens beaamd door Zeke! Dus de Reutels, ze zijn er weer van een te lange winterslaap.

Carcass, of in de Ter Apeler volksmond Krukas, is ook weer uit de muffe rustplaats opgestaan. Met “Surgical Steel” (luister op Spotify)laat Carcass de plaat horen die ze na Heartwork, hadden moeten maken. Carcass laat met hun debuut “Reek of Putrefaction” de metal wereld achter in staat van verbazing. Natuurlijk hadden we het Napalm Death logo al in benzinestift op ons hessie geklad en draaide ruimdenkende metalheads de platen van Discharge grijs, maar Carcass, dat was wel even wat anders! Op de tweede plaat Symphonies of Sickness werd de slag uitgedeeld die men moest uitdelen. Een tsunami van grind, punk, rammel bands gingen om het snelst en het vunzigst, maar Carcass kwam met overdachte technische hoogstandjes, riffs op een bloedtempo en met een aanstekelijkheid van de griep.

Na dat musicerend metalland Carcass live had gezien waren de pitchshifters, harmonizers en octavers niet meer aan te slepen. Ook het gebruik van de projecties van slachttaferelen op de achterwand wekt ontzag. Dat de heren vegetariërs waren maakte het verhaal alleen maar kloppend. Als het niet borrelde als het volgeblafte doucheputje was het niks en als het niet smerig was als een slijmprop dan was het het luisteren niet waard. Carcass was de meetlat waaraan bands als Necropsy, Gut zich op probeerden te trekken. De medische handboeken waren destijds in geen boekhandel meer te vinden omdat puistige pubers zich met de tong uit de mond over hun bureau gebogen, teksten aan het samenstellen waren over allerhande ziektes en zweren. Michael Amott wordt in deze tijd aangetrokken als bandlid en laat zijn meer gestructureerde, melodieuze invloed horen op het derde album Necroticism – Descanting the Insalubrious. Ondergetekende ziet ze dan ook live tijdens  'Gods of Grind' tour met Cathedral, Entombed en Confessor. Na de “Tools of the trade” EP komt het door velen geprezen meesterwerk “ Heartwork” uit waarop Carcass laat zien compositorisch niet onder te doen voor de Beatles, Stones, Beethoven of Bach. Zelf ben ik echter altijd meer van de eerste twee albums blijven houden vanwege de ongepolijste energie die daar vanuit ging. Hun daaropvolgende “ Swansong” blijkt ook echt hun zwanenzang te zijn en Carcass sterft een weinig glorievolle dood.

Nu zijn ze terug. Met fel trompetgeschal wordt een plaat aangekondigd na tal van festival optredens en de fans wachten gespannen. Surgical Steel” moet ons Swansong doen vergeten. Bij de eerste tonen wordt het snel duidelijk, Carcass doet zijn naam weer eer aan. Swingende up tempo melodieuze thrash death grind splintert je om de oren. De gebeten venijnige zang is als vanouds. Ondanks de complexiteit van de nummers volg en sla je ze gemakkelijk op. Door de productie lijkt de plaat te zijn ingespeeld in een gesterilliseerd mortuarium. Daarmee ook mijn enige minpuntje aansnijdend (aansnijden hu), hij klinkt wel erg klinisch, ik mis de bloedspatten en de slijmsporen van weleer, maar vergeet je even dat Carcass twee eerste platen heeft gemaakt dan is “ Surgical Steel” het beste dat er op metal gebied te koop is.

Wake Up And Smell The Carcass!