Emiel Joormann uit Donkerbroek maakt als Willie Darktrousers alweer een aantal jaar de noordelijke podia onveilig met zijn duistere garagefolk-liedjes. We moesten even geduld hebben –Darktrousers bracht tussendoor nog een stripalbum uit- maar hij heeft ze nu dan eindelijk bij elkaar gebracht, op een cd nog wel.

Het album, uitgebracht door Heksenhamer Rekkords, heet Goede raad is duur en je moet het horen om te geloven, maar de dertien bizarre liedjes over een hondsdolle melkman, Jacob die is veranderd in een supermarkt, opstandige stofzuigers en een moordlustige broccoli vormen samen een coherent en zelfs geloofwaardig geheel.

Darktrousers bezingt de minitragedies in het vervloekte naamloze dorp met zo’n ernst en vuur dat je hem wel móet geloven.

Een enkele keer kiest hij tekstueel voor de makkelijke (en voorspelbare) weg, maar omdat ’s mans andere paden zo heerlijk grillig zijn komt hij daar makkelijk mee weg. Sterker, bedenk ik mij na een stuk of tien luisterbeurten: die zijn misschien wel noodzakelijk. Dat er niet louter bloed uit de kranen stroomt en tl-buizen uit vingers groeien, maar de boer ook gewoon met z’n laarzen in de modder stapt.

Het zijn niet alleen de beeldende teksten waardoor je wordt meegevoerd. De muziek is minstens zo bepalend voor de sfeer. Of het nou de Bloody Mary-achtige stamper Het geheim is, de akoestische rammelgaragepopsong Schuim, de Dylaneske balade Van hoop en wanhoop of Een liefdesliedje en Goede raad is duur die in de 60’s zouden kunnen zijn gemaakt (als je de tekst even buiten beschouwing laat). Zijn soepele stem doet de rest.

De troubadour doet niet geheimzinnig over zijn inspiratiebronnen (in het hoesje dankt hij o.a. Meindert Talma, Hausmagger, De Kift en Roosbeef). En Drs. P. is in het liedje Marmer ook niet ver weg. Maar naar epigonisme stinkt het nergens op zijn debuutplaat. Willie Darktrousers is uniek in zijn soort.

Igor

‘Goede raad is duur’ wordt op 2 december in Neushoorn, Leeuwarden gepresenteerd en is vanaf dan verkrijgbaar.