De Verborgen Man (Kim van Engelen, 2012) & Lyrisch Nitraat (Peter Delpeut, 1991)
Een fantastisch tweetal films bij elkaar. Eerst een documentaire over hoe de onmisbare man of vrouw die bij elke filmvertoning achter de schermen voor beeld en geluid zorgt het werk ziet veranderen en verdwijnen. Vervolgens een prachtige compilatie van werk uit de door EYE beheerde collectie van filmpionier Jean Desmet (1875-1956), een van de grootste filmschatten ooit.

De Verborgen Man schopte het onlangs op het Nederlands Film Festival direct tot publiekslieveling. De Nederlandse bioscoopbranche is bezig met een technologische revolutie: in 2012 is vrijwel elke bioscoop en ieder filmhuis over op digitale projectie. Wat gebeurt er met de mensen die decennialang het filmpubliek bedienden? Hoe is het om dagelijks om te gaan met een lawaaierige, warmtespuwende apparaat, weggestopt in de krochten van een bioscoop? Kim van Engelen bracht een tweetal operateurs in de overgangsperiode naar digitale vertoning prachtig in beeld.

Wie ook met beeld raad weet is Peter Delpeut. De laatste paar decennia is er ontzettend veel werk verricht rond het conserveren van oud filmmateriaal. Het moest niet alleen van zelfvernietiging worden gered (link spul, nitraatfilm), maar het in kaart brengen van wat er nog over was, bleek ook een klus van jewelste die echter ook regelmatig prachtige vondsten oplevert. Maar veel blijft zelden vertoond, ware het niet voor mensen zoals Delpeut. Zo spring je om met oud materiaal en found footage. Al in 1991 wist hij het filmpubliek te verbluffen met zijn romantische verhandeling, gecomponeerd uit  materiaal uit de Desmet-collectie – een opera over liefde & dood op muziek van Bizet, Masel en Puccini.

Boeiend overigens hoe taal verandert. Even let je niet op, en stomme films zijn stille films geworden. Daar valt van alles tegenin te brengen, maar het draait waarschijnlijk om het woord ‘stom’. Natuurlijk was ‘stom’ uitstekend, want het betekent gewoon dat er niet wordt gesproken. Stil was het echter allerminst bij een bioscoopvertoning vroeger. Natuurlijk stond er niet altijd een orgel of orkest klaar, maar filmvertellers waren er bijvoorbeeld ook nog. Zoals die verdwenen verdwijnt ook het ambacht van films monteren en demonteren, inleggen en draaien. Ingeruild voor een ‘black box’ projector met harde schijf en een softwarecontract met een Engels bedrijf.

david