Dag van de Architectuur: Grande HotelBelgië
Dag van de Architectuur: Grande Hotel (Lotte Stoops, België 2010)
35mm, kleur/zwart-wit, 72 min, Engels en Portugees gesproken, Nederlands ondertiteld
Traditiegetrouw programmeert de Zienema ook dit jaar weer een film in het kader van de Dag van de Architectuur, waarin, wie had het verwacht, bouwkunst centraal staat. Architectuur dus. Beter gezegd, een gebouw. Nog beter gezegd, een hotel. Of wat ervan nog over is.
Het vijfsterrenhotel beloofde een groot succes te worden met zijn 120 ruime kamers, een balzaal, een bioscoop, een Olympisch zwembad en een luxe restaurant. Omgeven door palmbomen, pal naast een wit zonovergoten strand. Wie wilde er niet een paar dagen ontspannen, cocktails slurpend bij de pool na een duikje in de Indische Oceaan?
Wat zullen de Portugezen hebben gebaald dat ze dit idyllische oord moesten opgeven. Samen met de rest van het land trouwens, want in 1974 kwam ook eindelijk in Mozambique een einde aan het kolonialisme. Tijd voor de Mozambikanen om van de mooie plek te genieten, zou je zeggen, maar helaas. Het verging Mozambique zoals zo veel koloniën. In de chaos en het vacuüm dat de bezetters achterlieten werd het ingehaald door de Koude Oorlog en ontspon zich spoedig een strijd tussen marxisten en hun tegenstanders. Het resultaat: een bloedige burgeroorlog. Geen behoefte aan een hotel, wel aan cellen en onderdak. Dus transformeerde het luxe gebouw eerst in een gevangenis voor politieke gevangenen en later in een vluchtelingenopvang.
Tegenwoordig is er niets meer over van de vroegere glorie. Het gebouw is helemaal gestript, alle min of meer waardevolle spullen zijn verkocht. Wat overbleef is een betonnen skelet. Een skelet dat alles behalve dood is. Het wordt bevolkt door 3500 Mozambikanen die er zo goed en kwaad als het kan proberen te leven, winkeltjes opzetten, hun was doen in het zwembad. Allemaal zonder elektriciteit en stromend water. Documentairemaakster Lotte Stoops portretteert een aantal van de bewoners en hun leven in angst. Niet alleen voor het alomtegenwoordige geweld, het grootste gevaar vormt hun onderdak zelf. Dat het gebouw op instorten staat is al lang bekend, alleen wanneer dat is nog maar de vraag. En wat gebeurt er dan met deze mensen voor wie dit complex het laatste toevluchtsoord was?
En dan is er nog de toenmalige gast die met weemoed terugdenkt aan haar verblijf in het paradijselijke hotel. Het contrast kan niet groter. Een tegelijkertijd schijnend en indrukwekkend verhaal over de geschiedenis van een gebouw, maar vooral over de onverstoorbare levensmoed van zijn bewoners.
Birte.