Zo krijgen we met Ni en It Dockumer Lokaeltsje na al het showcase geweld in januari nog eens een stel moeilijk doende bands voor de kiezen, die toch ook weer gemakkelijk in het gehoor blijken te liggen.

Ni  is een Franse vierkoppige band uit Bourg En Bresse, die met een experimentele mix van math/prog/noiserock, jazz en metal er toch in slaagt de meute te laten headbangen in een  hypnotische,  moshpit-opwekkende sfeer. Niet zo'n handige naam, Ni, om te zoeken in het archief van onze Vera site, als je wilt checken of de band al eens eerder langs is geweest. Die naam komt natuurlijk van 'The Knights  Who Say Ni', de bewaarders van het heilige woord in de film 'Monty Python and the Holy Grail'. Dat kan ik dan wel weer waarderen. Maar toch weet ik dat bassist Benoit Lecomte van Ni onlangs nog is Vera te zien is geweest en wel in de band Poil Ueda. Ik heb vorig jaar namelijk zelf dat stukje geschreven, waarbij ook Ni voorbij komt.

Poil Ueda is namelijk een samenwerking tussen Junko Ueda, een virtuoze traditionele  Japanse satsuma biwa-speelster en de eigenzinnige Franse avangardistische, percussieve jazz/progrockers  van PoiL. Nu vormt het mathrockende Ni weer samen met het geestverwante PoiL het nog meer uit de  bocht vliegende en stevig klinkende PinioL.  Maar wat wil je ook met twee bassisten en twee drummers in je  gelederen? PoiL en Ni maken deel uit van het Franse kunstcollectief en tevens label 'Dur et Doux', waarin  verschillende bands regelmatig met elkaar samenwerken.

Naast bassist Benoit Lecomte bestaat Ni uit de gitaristen François Mignot  en Anthony Béard (ook schreeuw) en drummer Nicolas Bernollin. De band heeft sinds 2010 vijf platen uitgebracht, 'Ni I' (2010), 'Ni II' (2011), 'Les insurg​é​s de Romilly' (2015), 'Pantophobie' (2019) en in december vorig jaar 'Fol Naïs' (2023), oftewel 'Gek Geboren'. En een heerlijke muzikale gekte is het, die laatste van Ni. Ik maak het mijzelf gemakkelijk en laat een paar recensenten aan het woord:

Michiel Jorissen in Zware Metalen:
"Het Franse vierkoppig mathmetal, avant-garde, experimenteel monster genaamd Ni komt in de laatste twee  weken van 2023 nog een gooi doen naar de jaarlijstjes. Moedig. Mensen met een neus voor obscene jazz,  gepuurd uit enkel de vochtigste en meest lugubere gaten, zijn ongetwijfeld bekend met de ni-che – snap je? – die  Ni voor zichzelf heeft uitgegraven. Voor fans van The Dillinger Escape Plan, Botch, Shining, Poly-Math, Dub Trio  en al dat lekkers.

Fol Naïs schiet na een lugubere soundscape met een ijlende vaart uit de startblokken. IJlend, een gepast adjectief  voor de onnavolgbare riffs, maatwisselingen en verdraaide ideeën van Ni. Als in een koortsdroom sluiten de  nummers naadloos op elkaar aan, zonder adempauze, zonder rust, en als er dan een momentje rust te  bekennen valt is dat enkel schone schijn. De intro van Berdic is zo een moment, dat je even kan troosten na het  geflipte geweld van Brusquet. Het soort geweld waar je verbouwereerd en intriest van achter blijft. Echter, niks  is minder waar, Berdic ontaardt evenzeer in een chaotische climax als zijn voorganger. Over die Brusquet nog  even: als u ruzie met de buren wil moet u deze goed luid zetten. Wat begint in elektronische oversturing, als een  spastend audiobestand, evolueert al snel naar een sludgeriff die schijnbaar dansbaar wordt gemaakt met  gitaarriedels in duivelse harmonieën. Alsof Queens of The Stone Age in de vettigste versie van zichzelf  transformeert en dan probeert jazz te spelen. Al snel komen de spastische momenten terug waarna zo een  absurd zware riff door speakers knalt met een vage scream er nog over. Verplichte kost voor u en uw buur. Wat  een nummer. Brusquet alleen al is genoeg om de band richting een score boven de tachtig op honderd te sturen."

Gonzo Circus recensent Patrick Bruneel in het Belgische magazine Luminous Dash:
"Tijd voor een quasi onnavolgbaar staaltje virtuositeit dat qua complexiteit bands als Don Caballero en Meshuggah het nakijken geeft. Jazeker, zo zot als een deur zijn de Fransen van Ni, die met hun album Fol Naïs (oud Frans voor ‘gek geboren’) nog een stap verder zetten dan ze al deden met hun voorgaande platen."

"In tegenstelling tot zijn voorganger is Fol Naïs heel wat sneller, waardoor de plaat nauwer aanleunt bij metal dan eerder werk. Geen stereotiep gedoe natuurlijk, want door de aanschaf van een peloton nieuwe pedaaltjes klinken hun gitaren eerder als mishandelde synthesizers dan als een gitaar an sich. Deze wending zorgt voor een verder uitpuren van hun unieke sound, die ook liefhebbers van bijvoorbeeld Igorrr of Botch kan aanspreken."

Ik zou het niet beter kunnen aanraden! Maar dan zijn we er nog niet.

Support It Dockumer Lokaeltsje is sinds 2014 weer aan de boemel na bijna 25 jaar te hebben staan verregenen op een verlaten rangeerterrein in Leeuwarden. Eind 2023 is de nieuwste plaat 'Trump Yn Makkum' verschenen, naar aanleiding van een daadwerkelijk bezoek van oplichter Trump aan een scheepswerf in het Friese Makkum in 1988. Trump zou voor honderden miljoenen aan dure jachten laten bouwen, maar het liep uiteindelijk niet in de miljoenen, maar in het honderd. Kortgezegd kan den Donald niet aan de financiële verplichtingen voldoen en laat Makkum met de brokken achter, zoals het gaat met alles wat deze man met zijn tengels beroert. Het incident leidt in 2023 tot een fraaie, dwarse, maatschappijkritische langspeler van It Dockumer Lokaeltsje vol scherpe bitter-humoristische teksten. Daar zou ik het één en ander over kunnen vertellen, maar hey, we zitten in een historisch Vera-jaar, dus we duiken het verleden maar weer eens in.

De experimentele Friese legende It Dockumer Lokaeltsje maakt vanaf 1986 tot 1990 een onnavolgbare mix van psychobilly, cowpunk en no wave.  De verschillende leden richten in 1990 roemruchte nieuwe bands op als L.U.L. (gitarist Sytse van Essen en drummer Fritz de Jong) en Deinum (zanger/bassist Peter Sijbenga ). It Dockumer Lokaeltsje laat dan een aantal platen na met tot de verbeelding sprekende titels als 'Wil Met U Neuken!' en 'Moddergat', beide uitgebracht in 1987. In datzelfde jaar speelt It Dockumer Lokaeltsje een dubbelconcert in Vera met een andere Friese band, Stalin Orgels en wel op kerstavond 1987 - dat is dus 24 december voor de atheïsten en andere niet-christenen onder U. De anonieme collega-scribent van dienst pende in 1987 het volgende neer in de papieren VeraKrant (ach ja... die papieren VeraKrant, *diepe nostalgische zucht*).

Uit den historischen VeraKrant van eind december 1987:
"Er was eens een tijd dat je een singeltje op 45 toeren en een elpee kon draaien. Zonder erop of eronder of waar ook maar te kijken. Heel simpel, een kind kon de was doen en klaar is Kees.

Helaas die tijd is geweest. Tegenwoordig is het zo dat je eerst een uitgebreide studie van de hoezen en etiket ten moet maken en dan weet je soms nog niet waar je aan toe bent. Zo zijn er nu maxi singels en mini-elpees, langzame en snelle singels en een heleboel mengvormen. Zo zijn er dus platen waarvan de ene kant op 33 en de andere kant op 45 toeren moet.

Nu denkt iedereen natuurlijk wat een gezeur, je kan toch gewoon die plaat opzetten en dan hoor je het wel. Nee beste lezers, ook die tijd is voorbij. Tegenwoordig is het hoe sneller hoe beter. Nog even en er wordt sneller gespeeld dan het geluid zich kan verplaatsen. Zulke platen kan je maar beter op een langzamer toerental afspelen. Het is geen wonder dat de ceedee zo wint aan populariteit. Die douw je er namelijk gewoon in.

It Dockumer Lokaeltsje meende ook aan deze rage te moeten meedoen en bedacht ook een leuk bezigheidje voor de huis-, tuin-, en keukenplatendraaier. Zij hebben een plaat gemaakt met 4 kanten (en dit is geen fout nederlands). Ik had in de platenwinkel de hoes al uitgebreid bestudeerd en zag tot mijn schrik dat de platenboer maar 1 plaat in de hoes stopte. Je moet ook overal opletten dacht ik nog. En vergeet u de andere plaat niet vroeg ik. Nou mooi niet dus. Wat was wel het geval: het was een plaat met 4 uitloop-groeven. Precies. Dan kunnen er dus 2 kanten op 1 kant. Raar maar waar. Nog 1 zo'n grapje en ik raak over m'n toeren.

Nou daar was ik weer mooi ingetuind. Bij 4 kanten denk ik nog steeds aan een dubbelelpee of, bijdetijds als ik ben, aan een dubbele maxi-singel.

Rap. Rockabilly. Punk. Jazz. Country. Psychedelica. Noise. Je kan het zo gek niet bedenken of It Dockumer Lokaeltsje weet er wel raad mee. En dit alles overgoten met een lekker vies fries sausje.

'It Dockumer Lokaeltsje wil met u neuken.' 'It Dockumer Lokaeltsje houdt van vluggertjes.' 'De piemelsjens vliegen je om de oren.'

Je krijgt een beetje het idee dat 3 kleine kleutertjes doktertje aan het spelen zijn. Niets is echter minder waar. Ze zijn wel degelijk op een serieuze manier bezig met muziek maken. Een fries trio, bestaande uit 3 heren, nl.: Peter Sijbenga (bas, zang), Fritz de Jong (drums) en Sytse van Essen (gitaar).

It Dockumer Lokaeltsje is genoemd naar een fries boemeltreintje uit de jaren '20 en 't rammelt ook net zo hard. Experimentele popmuziek waarbij de gitaar welig tiert. It Dockumer Lokaeltsje gaat graag op een weirdo manier door de bocht. Ideeën worden niet besproken, ze worden gewoon uitgevoerd. Net zoals Bongwater, Sharkey's Machine en Shockabilly gaan ze op een maffe manier met reeds geschreven nummers om. Zo komen we op hun eerste elpee 'Real Mother for ya' van Johnny Guitar Watson tegen en een friese rawhide op hun 2e plaat, + af en toe zomaar een regel uit een overbekende hit met een iets minder voor de hand liggende tekst. Humor, satire, de grappen en grollen zijn niet van de lucht. Wil je alles kunnen volgen dan is het misschien wel handig om eerst een cursus lang-fries te volgen. Intelligente feestmuziek, de boegies op z'n fries."

Dikkie (met wat hulp van enkele andere auteurs, waavoor dank).