Wát een mooi programma, dit eerste half jaar van 2011. Bijna elke week zien we wel een band die al langer op de verlanglijst stond langskomen, en niet zelden bombarderen ze zichzelf gelijk tot potentiële Polltopper. Dit moeten mooie dagen voor onze programmeur Pepr zijn, zoveel leuk nieuw spul dat vaak ook de verwachtingen inlost. En dat uit zeer uiteenlopende genres. Een stroming die de laatste tijd weer aan invloed wint is de dreampop. Met vorig jaar Beach House op de Vera-planken en bands als Best Coast, Wild Nothing, Girls en Slowdive aan het platenfront is er opvallend veel ruimte voor bedachtzame, sfeervolle indiepop. Papercuts is de band die zich vanavond in dat rijtje gaat voegen.

Papercuts heeft namelijk net haar vierde plaat uit en als je de verhalen die over de oceaan komen waaien moet geloven, gaat dit ‘m helemaal worden. ‘Fading Parade’ heet het werk, dat al bij voorbaat bijzonder is. Tot dusverre maakte bandbrein en alleskunner Jason Robert Quever alle muziek zo goed als zelf. Handig, als je zelf gitaar, drums en orgel kunt bespelen. Plus een bijpassende zangstem bezit natuurlijk. Onderschat ook ’s mans songwriting niet; de teksten zitten erg ingenieus in elkaar. Toch leerde Quever gaandeweg meer samen werken en samen spelen met anderen. Niet alleen door de optredens met zijn liveband, maar ook door het werk dat hij voor andere bands deed in zijn eigen studio.

‘Recorded at Pan American Recording Studio’ staat er op platen van Port O’Brien, Cass McCombs, Casiotone For The Painfully Alone, Vetiver en Beach House. Dat is dus Quevers hoofdkwartier in San Francisco. Hij neemt op, mixt en produceert muziek voor bevriende geestverwanten. Voor ‘Fading Parade’ besloot hij zijn ‘vaste’ bandleden David Enos (keyboard en autoharp), Graham Hill (drums) en Frankie Koeller (bas) tot de studio toe te laten om de plaat een voller ‘live’-geluid mee te geven. Het resultaat mag er zeker wezen. Rijk gearrangeerde, zeer stemmige liedjes komen voorbij, zonder dat het al te kabbelend dreigt te worden, wat ik bij Beach House soms een nadeel vindt. Papercuts houdt de aandacht de volle rit wél gevangen.

Het geluid is sprankelend en de songs sferisch en afwisselend. Ze worden een ‘lo-fi Byrds’ genoemd, en een T-splitsing tussen Devendra Banhart, Belle & Sebastian en Velvet Underground. Quever verklaarde na afloop dat hij voor het eerst niet kapot was na de opnames en dit keer veel zin had om het materiaal live te gaan spelen, waar hij in het verleden nogal eens genoeg van zijn eigen songs had toen ze eenmaal na ellenlang individueel werk op band stonden. Dat is dus goed nieuws voor de concertganger. Papercuts komt dus als band, en zal een dynamische set neerzetten, niet een typische shoegaze-show. Hoewel voor je uit staren en wegdromen op deze prachtmuziek natuurlijk altijd mag. Het blijft tenslotte dreampop.

T-Ice