ColaCAN
GeoGRN
Fizzy guitar driven and complex postpunk
Oude koeien uit de sloot halen moet je heel gedoseerd doen. Maar deze keer is het wel op z’n plaats.
En de naam klinkt zelfs een beetje als een loeiende koe, als je ‘m langgerekt uitspreekt: Ought!
Kennen jullie die band nog?
Diegenen die op 24 augustus 2015 in Vera waren zeker wel. Toen gaven de vier Canadezen zo’n steengoed optreden dat ze op de derde plaats eindigden in de poll.
Een paar weken later zag ik de band nog een keer live op Into the Great Wide Open, waar Ought z’n laatste optreden gaf van een zes weken durende tour door Europa. Al herinner ik me vooral de dromerige blik van zanger/gitarist Tim Darcy op de veerboot die ons terugbracht naar het vasteland. Met z’n scherp gesneden gezicht onder die wapperende haren.
Voor wie Ought niet kent: check nog even de sessie op het geweldige KEXP of de opname van Teus Druyff van bovengenoemde show op onze eigen website. Je zou het artrock kunnen noemen, met tegendraadse liedjes waarin de zanger meestal zijn best lijkt te doen om niet mooi te zingen. In allerlei opzichten een unieke band, echt zo eentje voor de jaarlijstjes, met een episch lied als Beautiful Blue Sky en The Weater Song – een lied dat Talking Heads ook graag had willen maken.
Drie platen en drie ep’s maakten ze die zeer goed werden ontvangen en die ze in staat stelden om over de hele wereld te spelen.
Maar na een kleine tien was de koe(k) op in 2021 op.
De koning is dood, lang leve de koning!
Want in het bericht waarin de bandleden meldden dat Ought ophield te bestaan, werd de nieuwe band Cola aangekondigd, inclusief de eerste single Blank Curtain.
Dit was iets andere koek, maar deze ging er ook goed in, getuige de enthousiaste ontvangst.
Cola bleek een drietal te zijn, met bassist Ben Stidworthy en Tim Darcy uit Ought en drummer Evan Cartwright (die eerder in US Girls speelde).
Ik heb nergens kunnen vinden waarom Darcy en Stidworthy liever verder gingen als trio, maar -afgaande op de twee platen van Cola- kan ik me voorstellen dat de muzikanten behoefte hadden aan wat meer ruimte in het geluid. Waar de muziek van Ought best gecompliceerd kon zijn is die van Cola meer rudimentair. En dat blijkt ook heel goed te passen bij zang/voordracht van Darcy. Hij (praat)zingt in your face, maar op een kalme, onderkoelde manier. Hij verheft z’n stem nauwelijks, maar dat heeft hij ook nodig om de luisteraar te bereiken. Met doordachte teksten waarin Darcy commentaar geeft op het moderne leven en technologie.
Op het debuut Deep in View (mei 2022) kun je nog wel duidelijk de echo van Ought horen.
Maar de plaat is ook een weerslag van die naargeestige en vervreemde corona-periode. Door de pandemie werden de bandleden gedwongen om afgezonderd van elkaar de muziek te maken. Ze konden daardoor niet samen op (onder)zoek. De plaat klinkt daardoor ook wat bedachtzamer en voorzichtiger dan opvolger The Gloss die afgelopen zomer verscheen.
Wat heet: The Gloss barst van de energie en levenslust!
The Gloss begint meteen energiek met Tracing Hallmarks en dat gevoel houdt de band tien songs lang vast.
Alsof de band de ellende van de wereld van zich af wil spelen. Als de drie tegen elkaar zeiden: “Alles is al zo ingewikkeld en ernstig tegenwoordig, laten we ons hoofd uit en ons gevoel aan zetten.”
Het drietal speelt op The Gloss met een drive en een onbevangen- en puurheid die je eerder bij jonge muzikanten ziet.
Cola nam de plaat op kort nadat de band een flinke tour had gedaan, met minimale middelen en overdubs. Je hoort hoe goed en hecht de band is.
Nog beter dan vorig jaar toen Cola verraste met een concert is onze geliefde kelderbar. Dat beviel alle betrokkenen zo goed dat de band terug mocht komen, en nu op ons hoofdpodium.
Kom op tijd, want Geo opent de avond. Op het eerste gezicht een vertrouwd vijftal, met bandleden die je vast kent uit allerlei andere en zeer uiteenlopende bands.
Aan de bandleden zelf het woord om hun muziek te omschrijven: Geo omarmt het leven met mutant punk uit de spelonken van de aarde. Dansende ritmes en groovy baslijnen worden gecontrasteerd door gekke structuren en nerveuze gitaren. Een wereld gevoed door dissociatieve teksten over demonen in het hoofd en gesprekken met de zelf. Misschien brengt het omarmen van uitersten ons wel dichter bij de waarheid? Geo blijft eromheen dansen, op zoek naar een midden dat er misschien nooit zal zijn.
Ik wil daar alleen nog aan toevoegen dat Geo waarschijnlijk de opwindendste, meest vervreemdende (en ook vermakelijkste) band uit het noorden is. Komt dat zien & horen!
Igor