Daddy Long Legs levert op internet een schat aan hits op. Het is de naam van een langpootspin, diverse films, een musical. Het is ook een club ‘enthousiaste vliegvissers uit West Brabant die om de week (in de even weken) op maandagavond een clubavond houdt in de Mokkenboom, Cimburglaan 107’. Er is ook een racepaard dat zo heet, net als de mede-oprichter van The Bloodhound Gang.

Ik wil me hier graag even focussen op de punkbluesband uit New York, die tijdens zijn lange toer op 22 mei Vera aan gort zal spelen. Van de band had jij waarschijnlijk ook nog nooit gehoord voor je dit stukje begon te lezen. En 99,9999999 procent van de Groningers zal de band na het concert nog steeds niet kennen.

Maar het kan soms raar lopen in de muziek. Je kunt bijvoorbeeld héél groot worden met rudimentaire blues, zoals The Black Keys die tegenwoordig arena’s vult.

Of Daddy Long Legs uit New York hetzelfde lot is beschoren ligt niet in de lijn der verwachting. Daarvoor is dit trio uit New York toch net ietsje te rauw. Nou ja, ietsje…op de wildste momenten gieren ze schreeuwend uit de bocht (mocht je op dat moment in de buitenbocht staan en zo’n furie incasseren dan mag je jezelf gelukkig prijzen).

Aan het songmateriaal ligt het niet: de drie grossieren in opzwepende roots- en deltablues-stampers die je meteen bij de kloten (m/v) grijpen en niet meer loslaten. Ik kreeg meteen de neiging om met mijn denkbeeldige cowboylaarzen met sporen mee te stampen.

Daddy Long Legs maakt blues met een punk attitude: energiek en simpel. Met tot op het bot gestripte drums (van Josh Styles) en verschroeiende (slide)gitaar (Murak Akturk). De schreeuwzang komt bij Brian Hurd uit z’n tenen. Hij spuugt zijn woorden het liefst in een blues harp-mic voor extra gruizig effect. Uiteraard snerpt z’n mondharmonica ook vaak een deuntje mee.

De muziek is vies en zweterig. Liefhebbers van Vera-darlings The Gun Club en The Jon Spencer Blues Explosion kunnen blind een kaartje kopen. Met die laatste band heeft Daddy Long Legs ook al uitgebreid getourd. En dat de New Yorkers ook nog samen met onze favoriete one-man-band Bloodshot Bill op een split-single staat, maakt wel duidelijk dat ze uit het juiste hout zijn gesneden.

De drie losgeslagen jongemannen die elkaar leerden kennen in het roemruchte en inmiddels verdwenen CBGB’s. Het verleden van de andere twee bandleden ken ik niet, maar frontman Hurd groeide op in godvruchtig Missouri en vluchtte naar New York. Aangetrokken door de grote stad en de duivelsmuziek: de punk. Dat was ook deze muziek die hij, Styles en Akturk maakten – in verschillende bands overigens.

Toch begon Hurd in de nietsontziende en onpersoonlijke metropool die nooit slaapt gaandeweg de vertrouwde plattelandsdingen te missen: de eenvoud, de eerlijkheid, de gospels. Hij vond het in de rauwe deltablues - steevast vertolkt door zwarte mannen met een gitaar, een stampende voet en een hobbelig leven. En Hurd vond weerklank bij zijn drinkebroers Styles en Akturk. Toen al die punkbands op niets uitliepen besloten zij in 2010 dan eindelijk de krachten te bundelen. En ontstond de oerkracht Daddy Long Legs.

Ze maakten één hele duidelijk afspraak: ze zouden zich niet bezondigen aan blues-clichés: dus geen bluesschema van 12 maten en geen liedjes over de duivel en whisky. Om Hurd te citeren: ‘we wilden zo ver mogelijk wegblijven van de wanky Stevie Ray Vaughan-blues’.

Dat is aardig gelukt. Daddy Long Legs maakte drie platen die verschenen bij het fameuze Norton-label. Gruizige, gejaagde grote stads-blues waar je onmogelijk stil kunt blijven zitten. Gebracht met een (h)eerlijke plattelandse lompheid. Het bloed en zweet sijpelt nog nèt niet uit je boxen.

Het rare is dat ik er tijdens het luistern van hun platen 100% van overtuigd was ook een paar covers van deltabluesklassiekers te horen. Bij naspeuring op het internet kwam ik er achter dat bijvoorbeeld Death Train Blues en Long John’s Jump wel degelijk eigen liedjes zijn. Omdat mijn kennis maar heel beperkt is mogen echte deskundigen mij laten weten op welke klassiekers die nummers zijn gebaseerd.

Hun kakelverse plaat Lowdown Ways is een paar dagen na het schrijven van dit stukje verschenen, op het label Yep Roc Records. Het schijnt dat de band hierop nieuwe terreinen verkent, met o.a. field hollers, gospel en Cajun. Er staan ook liedjes op die samen zijn geschreven met de al behoorlijk succesvolle JD McPherson en Jimmy Sutton (die de plaat produceerde).

En verrek, voor hun meest recente single Pink Lemonade zou The Black Keys een moord doen.

Kortom: sla jezelf niet voor je kop als blijkt dat volgend jaar zelfs de Oosterpoort te klein is geworden voor Daddy Long Legs en kom gewoon naar de Oosterstraat voor een portie vuige blues. En neem al je maten mee (zolang het er geen twaalf zijn).

Igor