Toen er, halverwege 2010, poster-gewijs een hoogtijdagen-bezetting-reünie van Guided by Voices werd aangekondigd voor dat fantastische 'Matador at 21'-verjaardagsfeestje in Las Vegas, waren vragen als 'is het éénmalig?' en 'is er misschien nieuw werk te verwachten?' niet van de lucht. Ook ik was benieuwd. En in het enthousiasme was ik bijna vergeten dat zo rond - destijds mijn instapplaat - 'Do The Collapse' (1999) de sjeu er bij Guided by Voices wel een beetje af was. En ik dacht ook niet aan die wisselvallige soloplaten die door de jaren heen van Robert Pollard waren verschenen. Nee, ik dacht, vanwege de bezetting, alleen maar aan een doorstart van Guided by Voices zoals ze klonken in de aanloop naar 'Bee Thousand' (1994); een band op de top van hun kunnen. Over wishful thinking, gesproken.

Nu, anderhalf jaar verder, zijn er wat vragen beantwoord: ondanks het afzeggen van Primavera, het teruggeven van de opdracht om als curator de I'll Be Your Mirror-editie van All Tomorrow's Parties in te kleuren en wat geruchten over het opnieuw uitelkaar vallen van de band, is er met 'Let's Go Eat the Factory' wel een nieuwe plaat en liggen er volgens de band nog twee platen in het verschiet. Ok, de optredens zijn vooralsnog op de lange baan geschoven, maar qua nieuwe muziek staan de parameters gelukkig goed.

Met 'Let's Go Eat the Factory' grijpt de band terug naar het krakkemikkige viersporen-geluid van halverwege de jaren negentig en niet naar het 'professionele' studiogeluid van de laatste vier platen. Ook hoor je geen tot in de punten uitgewerkte songs van een radiovriendelijke lengte, de band heeft maar een kleine 42 minuten nodig om in 21 songs veel goede en oude Guided by Voices-kanten voorbij te laten komen. Van het uptempo 'Laundry and Lasers' via de powerpop in 'The Unsinkable Fats Domino', het moeizame 'The Big Hat and Toy Show' en het rommelige 'Cyclone Utilities (Remember Your Birthday)' naar het aangezette 'We Won't Apologize for the Human Race'.

De band rijgt, ouderwets, de schetsen en aanzetten tot nummers aaneen, met 'My Europa', 'Doughnut for a Snowman' en 'Chocolate Boy' als hoogtepunten daartussen. Dat maakt deze plaat tot eentje waarnaar je als vanouds dagen achtereen kunt luisteren. Zo'n plaat waar je op had gehoopt en hebt gekregen, zonder dat het tegenvalt. Toegegeven, 'Let's Go Eat the Factory' is niet zo goed als de platen die ze ooit maakten, maar als deze frisse doorstart doorzet, zijn ze weer op de goede weg en zijn er met 'Let's Go Eat the Factory' mooie tijden aangebroken.