Eén van de leukste festivals van Nederland is toch elk jaar weer Le Guess Who? in de Utrechtse binnenstad. Een soort klein Eurosonic maar dan met veel betere bands, ook van buiten Europa. Wij gingen op vrijdag naar het reguliere festival en op zaterdag naar het gratis ‘bijprogramma’ Le Mini Who?, dat een steeds volwaardiger tegenhanger begint te worden. De sleutelwoorden waren bij veel bands ‘psychedelica’ en ‘shoegaze’, maar gelukkig was er nog veel meer.

Wampire trapte af in Tivoli met hun dromerige synthpop, een relaxte opener om je schoenen alvast te checken. Ik werd meer geraakt door Ed Askew, de 73-jarige veteraan die badend in prachtig licht de Janskerk in vervoering bracht. Echt heel mooi. Toen door naar de Ekko, waar The Dodos een verrassend felle show gaven. Hun keuze voor een extra live-gitarist kan ik toejuichen; het rockte meer dan ooit. Toen weer schoenstaren bij de Canadezen van Braids, wier artrock vol synths en fraaie zang erg goed uitpakte.

Nog een stukje Disappears gezien in Tivoli (blijft zonde dat die zaal gaat verdwijnen!) en daarna The Black Angels. Hun breed uitgesponnen psych-rock raakte me echter niet heel erg, ze misten uitstraling en goeie songs. Per fiets helemaal naar Tivoli de Helling, waar het programma zo uitliep dat JC Satàn nog bezig was. Dat was al best aardig, maar we kwamen voor Jacuzzi Boys, die de boel laat in de nacht nog één keer goed op stelten zetten. Rammelend en rommelig, maar doeltreffend als een Duitser in blessuretijd.


Tony Dekker -  Foto: Arnoud Heikens

Na een korte nacht en een fantastisch ontbijt in ons viersterrenoptrekje, was het de beurt aan de Voorstraat en omstreken, waar op Le Mini Who? in tal van cafés, clubs, kledingwinkels, garages, galerieën en koffietentjes allerlei muzikaals ten gehore werd gebracht. Het begon gelijk al schitterend met Tony Dekker, zanger van Great Lake Swimmers, die solo in een kelder van een hotel iedereen die het geluk had erbij te zijn ademloos liet luisteren. In galerie Kapitaal zagen we Eraas (de dag ervoor nog met Disappears in VERA) ook een vette show geven. Erg goed!

Enigszins misplaatst was Mammane Sani, een troubadour op keyboard uit Niger, die voornamelijk retekitsch was. Dus even een Afghaanse pannenkoek gegeten op de gezellige markt op de Neude en daarna naar de ACU, om een paar nummers van The Fire Harvest te zien. Klonk erg goed, behalve de veel te harde bas. Ook een vermelding waard was Those Foreign Kids in de knusse kroeg Stathe. Gaaf om twee muzikanten zo strak los te zien gaan! Ons weekendje eindigde, what’s in a name, bij Afterpartees. Café Tilt was zo volgepakt dat we van buiten door de ramen moesten toekijken en pas op het eind naar binnen mochten. Veel Veranen binnen, De Rooie Neger draaide wat hij wou en veel blije gezichten. Topweekend!

T-Ice