OK, bands zetten vanzelfsprekend hun beste songs aan het begin van hun platen, maar als de openingstrack dan gelijk zó goed is dat je ook de rest gaat luisteren, hebben ze toch hun doel bereikt. ‘Black Hills’ van Gardens & Villa was zo’n liedje, en ‘Blue Lead Fences’ van Loch Lomond is er ook zo eentje. Je hoort eraan af dat ze al een tijdje bezig zijn (vanaf 2003) en met deze plaat wel eens de doorbraak kunnen bewerkstelligen. Want na deze opener volgt ‘Elephants & Little Girls' , dat mij tijdens de coupletten aan Sufjan Stevens doet denken en erg sfeervol opgebouwd is.

 

Loch Lomond, vernoemd naar een Schots meer, maar afkomstig uit Portland, Oregon, combineert symfonische kamermuziek met een veelheid aan indiefolk-elementen. Voorop staat de harmonische samenzang, gedragen door een breed instrumentarium van mandoline, banjo, theremin, basklarinet, viool, fluit, piano, vibrafoon, allerlei percussie en een Glockenspiel. Niet dat die in alle liedjes opereren; de meeste songs kennen rustigere, breekbare gedeeltes.

 

Dit zevental opende al voor The Decemberists en dat verbaast me niks, want zij bevaren zo ongeveer dezelfde wateren, al is het water bij Loch Lomond een stuk kalmer. Zoals op een Schots meer met een prachtig uitzicht bij goed weer. Dat de beste nummers in het begin staan deert me niet: ik gun deze kunstenaars de storm waar ze in de albumtitel op hopen.