Pepr is hier al zo’n 30 jaar de spin in het concertweb. De term “typische Veraband” hoorde je in de 80’s en 90’s regelmatig. Pepr zette in die tijd een duidelijke programmering neer volgens het “drie S-en principe”: Songs, Sound en Soul. Er zat een lijn en een logica in. Niet voor iedereen; ook het woord “bekrompen” viel destijds regelmatig. In die jaren was het prima te volgen. Je moest uren maken, maar als je alle relevante media volgde en de juiste tipgevers, dealers en poen had kon je de pop aardig in kaart brengen. Daar slaagde een club Groningse freaks –het web rond Pepr- goed in. Nu ligt het anders. Het wereldwijde web heeft Pepr’s webje een tikkie in de war gemaakt! In inhoud en vorm deed de popwereld “boem!”. Niet alleen in Vera moest de klap verwerkt worden; in de nieuwe wereld moet iedereen de wegen opnieuw leren bewandelen. Handige jongens in snelle bakken hebben de kop van de popratrace overgenomen. Nieuwe goeroes stijgen boven de meute uit. Waarheen leidt de weg die wij moeten gaan? Er is een muzieksoort die ondanks alles een constante factor in Vera is gebleven, waar je het stempel ‘typische Veraband’ op mag plakken. Dat is de garagepunk. De driedelige serie “New Garage Explosion!!: In Love With These Times” (2010) laat zien dat garagepunk ook in het nieuwe millennium alive and kicking is.

 

 

En hoe! In deze professioneel en goed gemaakte serie (muziekfan en persoonlijke goeroe Mike McGonical was een van de producers) wordt de vraag gesteld of het überhaupt een genre is? Niet zo interessant, al is het handig de zaak wat in te kaderen. Maar wat is de drive van de betrokkenen? Waarom maken bands als The Reatards, The Oblivians, The Dirtbombs, Black Lips of Magic Kids hun rauwe en ongepolijste rock? Waarom blijven muzikanten kiezen voor eenvoud en primitief? Dit kan een gedwongen keuze zijn: te weinig cash om leuk uit te pakken in een goed geoutilleerde studio. Voor de enorme zwik bands die hier passeert is het echter een vrijwillige keuze, namelijk eentje voor vrijheid. Lekker aanrotzooien in de ‘garage’, een plek zonder tijdsdruk, met ruimte om te experimenteren. Opvallend is de variatie. Ik hoor lief, hard, poppy, schots, scheef, snel, sloom, freaky, eng en geil. De oervorm der R’n’R blijft de overduidelijke basis, maar garagepunk is ook een constante stroom van (kleine) ontwikkelingen waarbij interpretatie en uitvoering boven innovatie staan. Garagepunk is verder fun en het blaast de verveling zonodig weg.

 

 

Er is ook realisme. Waarom vet investeren als de kans op succes -ongeacht of je goed of niet goed bent- minuscuul klein is? Soms rolt er een succesverhaal uit, en soms is dat zelfs mega. Maar The White Stripes zijn toch echt de uitzondering op de regel. Het geeft wel aan dat ook (zelfs?) die primitieve en rauwe garagepunk hitpotentie heeft. Om hits te maken heb je echter ook ambitie nodig. Er helemaal voor gaan... Dat ontbreekt hier. De kleurrijke karakters die voorbij komen zijn allemaal bezeten van muziek, maar om daar nou je baan voor op te zeggen? Zelfs –zo blijkt uit het verhaal van hun eerste labelman- The White Stripes gingen er aanvankelijk niet voor. Het debuut kwam uit in een oplage van 15 omdat de verwachting niet al te hoog waren. Nu zingen voetbalfans hun grootste hit.

Ik heb een zwak voor ambitieloze muzikanten. Amateurisme, hobbyisme: niks mis mee bij een muzieksoort die steeds slechter wordt naarmate het beter wordt... (vrij naar Greil Marcus). Imperfectie geeft iets iets menselijks. Het verkleint de afstand tussen muzikant en fan. Ik vind dat prettig. Genoeg amateurs ook die meer hart in hun hobby steken dan menige profi. Mijn favoriete levende band is The Clean. Zij staan als geen ander voor dit idee. Het deed me dan ook goed dat drummer Hamish Kilgour in de serie zit en dat de Nieuw-Zeeuwen eindelijk wat credits krijgen (“In Love With These Times” is een van hun songs). Ze zijn trouwens inmiddels heuse profi’s, maar daar hebben ze wel een 30-jarige lange adem voor nodig gehad.

 

The Clean


Dit jaar had het succesverhaal Royal Headache moeten heten. Maar ook bij hen gooide een nieuwe job roet in het eten waardoor een tour gecanceled moest worden. Voorlopig, mag ik toch hopen. Ik, die via de garagepunk weer enthousiast begint te raken voor muziek van nu. HoZac en Trouble In Mind zijn de labels om in de gaten te houden. Zelf tip ik Dikes Of Holland. Pepr kennende noteert hij de naam en zet hij er plusjes achter bij positieve reviews. Hij zal heel wat te plussen hebben als in juli een nieuwe DoH verschijnt.

De term ‘typische Veraband’ hoor ik helaas steeds minder. De nieuwe namen in garagepunk (een typisch Amerikaans fenomeen, met vele Europese gelovigen) hebben het moeilijk om de oversteek te maken. De Vera-programmering is inmiddels een stuk breder geworden. Een duidelijke lijn zie ik niet, zoals ik die in pop anno 2012 ook niet zie. Of het moet de algehele retromania zijn die ook aan Vera niet geheel onopgemerkt voorbij gaat. Persoonlijk vind ik bijvoorbeeld 80 NL-bands in een seizoen ook wat veel, en ik zou willen pleiten voor meer specialisme en een duidelijke smoel. Maar Pepr is volgens mij goed bezig z’n weg opnieuw te vinden in een chaotische popwereld. Je kunt sinds kort zelfs z’n Facebook-vriend worden.

 

I Jam Econo