Refused - Foto: Kicking The Habit

Twintig jaar Lowlands. Ik schreef tien jaar geleden al dat het festival steeds meer uitgroeide van het belangrijkste jaarlijkse evenement voor de alternatieve muziekliefhebber tot een culturele mega-happening met op de achtergrond steeds meer mainstream-muziekjes, en die ontwikkeling heeft zich doorgezet. Althans, voor de uit Vera-hout gesneden muziekliefhebber dan. Voor al die anderen die in plaats van naar rock op zoek zijn naar beats is Lowlands tegenwoordig een waar Mekka. Het lijkt me veelzeggend dat een act als Skrillex de meeste mensen op de been wist te krijgen, meer nog zelfs dan hitmachine Foo Fighters. Ook bij het nachtelijke DJ-programma Superstijl (waarbij het publiek elk kwartier uit drie genres mag kiezen via stemkastjes) delfden rock en punk telkens weer het onderspit tegen dubstep, hiphop, happy hardcore of “liedjes met la-la-la”. En als ‘alternative’ al eens won, draaiden ze rockballads uit de Top 40.

De wereld verandert, dus ook de muziekwereld. Als ik de foto’s van de eerste edities in 1993 en 1994 nu in alle bladen en kranten (en in mijn fotoalbums) terugzie, moet ik weemoedig glimlachen om onze grunge-outfits en lange haren. De enige mensen die nu nog dreadlocks op Lowlands hebben, zijn de mensen die het terrein en de prullenbakken afstruinen op zoek naar plastic statiegeldbekertjes. Ze kijken niet op of om als overal om hen heen het publiek uit zijn dak gaat.

Zoals bij het heropgerichte Refused, voor mij één van de absolute toppers van LL12. Ze speelden bijna hun gehele legendarische plaat ‘The Shape Of Punk To Come’. Retestrak en moddervet. Met als eerste van velen een pleidooi voor de vrijlating van Pussy Riot, één van de doorlopende thema’s van deze Lowlands. Gelukkig is er nog een beetje engagement. Uit zijn dak ging men ook bij de publiekslievelingen van The Whitest Boy Alive, die met een big smile en foute bermuda’s de Grolsch-tent op stelten zetten. Het trucje is bekend en werkt nog steeds, maar gelukkig speelden ze ook wat nieuw werk. Nieuwer was Django Django, die de Bravo voor het eerst naar een kookpunt brachten. Overal blije gezichten. Een ander hoogtepunt was Knife Party, wat echt mijn heetste concert ooit was. Ik noem het technometal!  Nooit gedacht dat dit soort brostep me kon bekoren, maar wat was het enorm vet, plat maar doeltreffend, en stiekem beter dan Skrillex (maar die had de beste lichtshow). De overgang daarna naar Of Monsters And Men kon niet groter, maar dit veelkoppige gezelschap ving gelijk je aandacht en liet je niet meer los.


Cloud Nothings - Foto: Kicking The Habit

Zo kon je dus toch nog her en der genieten van gitaarbands zónder beats, zoals opener Cloud Nothings (net als in Vera een ijzersterke set), The Black Keys (degelijke show in volle Alpha, wel veel standaardrock, maar hitje massaal meegezongen), The Maccabees (zo ongeveer de enige ‘Britpopband’ die zich doorontwikkeld heeft, dus niet zoals Bloc Party teert op plaat 1) en Pulled Apart By Horses (waarvan de zanger, net als die van Trash Talk eerder, nog de vijver indook tijdens de show en ook nog over zijn nek ging). Fijn rockende intermezzo’s. Maar het publiek gaat tegenwoordig dus pas echt los als er een beat inzit, zo bleek bij Two Door Cinema Club in de veel te grote Alpha, bij Miike Snow die er een vrolijke, zwetende boel van maakte en bij het verrassende Chromatics. Warme electro met een zwoel zangeresje, dat paste prima bij de tropische temperaturen.

De toenemende zucht naar snel vermaak kun je aflezen aan de afgelopen twintig jaar Lowlands. Voelde de alto-jeugd zich begin jaren ’90 vooral verwant aan zwartgallige grunge- en hardcore-bands en werd nog de tijd genomen om wat intensiever naar ‘moeilijkere’ muziek te luisteren; tegenwoordig zijn de meesten, ondanks (of dankzij?) de crisis, voornamelijk op zoek naar het feestje. Dus zie je op Lowlands de onvermijdelijke dansfeestjes in de Koffietent, de Hema en de Vietnamese Loempiakraam, feestjes die al jaren niet meer spontaan zijn. Net als die bamboetakken die de organisatie nota bene al klaar zet, om eens ‘lekker gek mee te doen’. Zelfs het grote watergevecht op zaterdag was op Facebook en Twitter al aangekondigd... De conclusie is dus tweeledig: waar de typische Veraan muzikaal heeft moeten toeleggen en de diepgang vaak ver te zoeken is, is de boel wel een veel vrolijker, al dan niet spontaan, feestje geworden. Was iedereen in het land altijd maar zo vrolijk! Maar dat is helaas even irreëel als vragen om altijd zulk lekker weer als tijdens dit zonnige, vrolijke weekend.